Opnieuw gevangenisstraffen tot drie jaar geëist tegen verdachten omvangrijke biodieselfraude
/Op 5 oktober eiste het Openbaar Ministerie onvoorwaardelijke gevangenisstraffen tot drie jaar tegen zes verdachten in een onderzoek naar het omkatten van niet duurzame biodiesel naar duurzame biodiesel. Verdachten zijn twee bedrijven en vier natuurlijke personen; de CEO, de CFO, het hoofd van de administratie en een medewerker van de afdeling Sustainability. Het onderzoek komt voort uit twee eerdere strafzaken tegen deels dezelfde verdachten.
Hoofdverdachte in dit onderzoek is de CEO van een biodiesel bedrijf uit Kampen. Het bedrijf is producent van duurzame biodiesel, die zij raffineert uit gebruikt frituurvet dat door een andere vennootschap van de hoofdverdachte wordt ingezameld. Volgens het OM kat het bedrijf niet duurzame biodiesel om tot duurzame biodiesel, door niet duurzame biodiesel te verkopen als duurzame en daartoe facturen en bijbehorende duurzaamheidsdocumenten te vervalsen. “Hoewel er regelmatig door instanties, van tevoren aangekondigde, audits werden uitgevoerd en facturen en duurzaamheidsdocumenten werden gecontroleerd - er mocht immers niet meer duurzame biodiesel door het bedrijf worden verkocht dan dat zij zelf geproduceerd had en ingekocht - werden controles gefrustreerd door de facturen en leveranties die betrekking hadden op de omgekatte biodiesel buiten de auditstukken te houden. De fraude was geraffineerd, waarbij de controlerende instanties buiten spel werden gezet. En met de fraude werd fors geld verdiend.”, aldus de officier. Het gaat in totaal om ca. 383 duidend (metrische) tonnen omgekatte biodiesel en een criminele omzet van 434 miljoen euro.
Crimineel samenwerkingsverband
Het criminele samenwerkingsverband tussen de verdachten ontwikkelde zich volgens de officier als een lerende organisatie. Verdachten werden verblind door beloftes en het grote geld. Daarom bleven ze trouw aan de organisatie en gingen ze door met het plegen van strafbare feiten. Eén ding is volgens de officier zeker: als justitie niet zou hebben ingegrepen, zouden hoofdverdachte en zijn kompanen nog vele strafbare feiten hebben gepleegd. “Slechts een van de verdachten heeft vanwege wroeging, een besef van “genoeg is genoeg”, of wat voor normaal menselijk gevoel ook, de conclusie getrokken dat de manier waarop zij hun miljoenen verdienden niet deugde. De rest van de deelnemers is gestopt omdat justitie ze in de kraag heeft gegrepen. En daarvoor was een of twee strafzaken niet afdoende!”, aldus de officier.
Ernst van de feiten
De listigheid waarmee de fraude gepaard ging en de maatschappelijke onrust en schade die dit teweegbrengt, rekent het OM de verdachten zwaar aan. Calculerend, vervalsend, verhullend en persoonlijk gewin, met een minachting voor het milieu. En natuurlijk is deze fraude ook in maatschappelijk opzicht relevant. Door op deze schaal te frauderen hebben verdachten een wezenlijk deel van de CO2 reductie, die beoogt wordt door de inzet van duurzame biodiesel, teniet gedaan. Door deze omvangrijke fraude van verdachten, werd het volgens de officier nog moeilijker om de Parijse klimaatdoelstellingen te halen.
Strafeisen
“Gevangenisstraffen geven verdachten de tijd om zich op hun handelen te bezinnen. Gevangenisstraffen zorgen er voor dat toekomstige fraudeurs zich wel twee keer zullen bedenken. En in gevangenisstraf zit een element van vergelding. Voor de verdachte rechtspersonen kan niet anders dan een schuldigverklaring zonder oplegging van straf worden geëist.”, aldus de officier.
Tegen de CEO van het bedrijf eist de officier een onvoorwaardelijke gevangenisstraf van 24 maanden en een bestuursverbod van 5 jaar. De CFO hoorde een onvoorwaardelijke gevangenisstraf van 36 maanden en een bestuursverbod van 5 jaar tegen zich eisen. Tegen het hoofd van de administratie eist de officier een gevangenisstraf van 12 maanden met aftrek van het voorarrest. De medewerker van de afdeling Sustainability hoorde een taakstraf met de duur van 180 uur en een voorwaardelijke gevangenisstraf van 4 maanden met aftrek van het voorarrest tegen zich eisen. Tegen beide bedrijven eist de officier een schuldigverklaring zonder oplegging van straf.
Eerder kondigde het OM een ontnemingsvordering aan.
De rechtszaak gaat morgen verder met de pleidooien. Daarna maakt de rechtbank bekend wanneer zij uitspraak doet.
Bron: OM