Taakstraf voor illegale kap in Natura 2000-gebied
/Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden 12 februari 2025, ECLI:NL:GHARL:2025:939
De verdachte, eigenares van een bosperceel binnen een Natura 2000-gebied, heeft samen met haar partner in 2017 zonder vergunning 26 inlandse eiken laten vellen. Dit perceel was door de overheid aangewezen als beschermd natuurgebied, waar het behoud en de verbetering van de habitat centraal staan. De bomenkap, uitgevoerd zonder toestemming van de provincie Gelderland, had mogelijk een verstorend effect op de natuurlijke habitat.
Tenlastelegging
De verdachte wordt beschuldigd van het zonder vergunning vellen van een houtopstand in een Natura 2000-gebied, hetgeen kan leiden tot verslechtering van de kwaliteit van natuurlijke habitats of een significant verstorend effect kan hebben op beschermde soorten.
Standpunt van het Openbaar Ministerie
De advocaat-generaal acht het tenlastegelegde bewezen en vordert een taakstraf van 80 uur, waarvan 40 uur voorwaardelijk, met een proeftijd van twee jaar.
Standpunt van de verdediging
De verdediging pleit voor vrijspraak en stelt dat er geen sprake was van kappen, maar van dunning als onderdeel van regulier bosonderhoud. Volgens de verdediging was geen vergunning vereist, en is er geen bewijs dat de werkzaamheden een verstorend effect hadden op het Natura 2000-gebied.
Oordeel van het hof
Het hof acht bewezen dat de verdachte samen met haar partner opzettelijk 26 eiken heeft laten kappen zonder de vereiste vergunning. De kap vond plaats in een Natura 2000-gebied en betrof bomen van 150 tot 175 jaar oud. De verdachte was op de hoogte van de beschermde status van het gebied en had contact kunnen opnemen met de provincie, maar heeft dat nagelaten.
Het hof verwerpt het verweer dat de kap slechts onderhoud betrof, aangezien de werkzaamheden volgens inspecteurs geen dunning betroffen en er aanzienlijke schade is toegebracht aan het ecosysteem. De verdachte ontving een deel van de opbrengst van het hout, wat erop wijst dat financiële motieven een rol speelden.
Bewezenverklaring
De verdachte wordt schuldig bevonden aan het zonder vergunning vellen van een houtopstand in een Natura 2000-gebied, waardoor de kwaliteit van de natuurlijke habitat mogelijk is verslechterd.
Strafoplegging
Het hof veroordeelt de verdachte tot een taakstraf van 80 uur, waarvan 40 uur voorwaardelijk, met een proeftijd van twee jaar. Hierbij wordt rekening gehouden met de ernst van de overtreding en de overschrijding van de redelijke termijn in de procedure.
Lees hier de volledige uitspraak.