Doorwerking van onschuld naar niet-punitieve sancties

De rechter kan ontoelaatbare twijfel over de juistheid van een strafrechtelijke uitspraak vaak voorkomen door afdoende verwijzingen naar de verschillende bewijsregimes. Toch kunnen Melo Tadeu-achtige verweren zo nu en dan slagen. In de optiek van de auteur bevatte de procedure die leidde tot de uitspraak van het CBb van 28 februari 2023 de daarvoor benodigde ingrediënten.

Read More
Print Friendly and PDF ^

De Afdeling en het functioneel daderschap: een analyse naar de nieuwe lijn

De Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State heeft op 31 mei 2023 twee uitspraken gedaan die zien op de uitleg van het overtrederbegrip in de Awb. De uitspraken volgen op de kritische conclusie van advocaat-generaal Wattel, die constateerde dat de rechtspraak van de Afdeling over het overtrederbegrip niet strookte met de bedoeling van de Awb-wetgever om één uniform overtrederbegrip te hanteren dat aansloot op het strafrecht. In dit artikel maken Carola de Rond en Wouter Poot de balans op wat de uitspraken betekenen voor eenieder die zich bezighoudt met handhaving van het bestuursrecht.

Read More
Print Friendly and PDF ^

Invulling uitspraak Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State over boetenormbedragen

Rechtbank 3 juli 2023 Noord-Nederland, ECLI:NL:RBNHO:2023:7024

De op 13 juli 2022 door de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State ingezette lijn omtrent te maken onderscheid tussen opzet, grove schuld en normale verwijtbaarheid bij het opleggen van een bestuurlijke boete, heeft ertoe geleid dat de minister van Infrastructuur en Waterstaat zijn beleidsregels omtrent boeteoplegging wegens overtreding van de Arbeidstijdenregelgeving heeft aangepast. De daarin opgenomen boetebedragen zien op normale verwijtbaarheid. De rechtbank Noord-Hollland oordeelt, in een recente uitspraak, dat die bedragen niet onevenredig zijn en dat de beboete partij niet heeft aangetoond dat sprake is van verminderde verwijtbaarheid.

Read More
Print Friendly and PDF ^

Artikel: Wettelijke basisbedragen voor bestuurlijke boetes – een verouderd concept?

Het financieel recht kent boeteregimes met wettelijke basisbedragen. Op overtreding van normen staan uiteenlopende boetemaxima, waaraan steeds een basisbedrag is gekoppeld van de helft van dit maximum. Inmiddels kennen we basisbedragen die uiteenlopen van € 500.000 tot € 10.000.000. In dit artikel worden kritische kanttekeningen geplaatst bij het bestaande systeem van wettelijke basisbedragen, zowel uit praktisch als meer principieel oogpunt. Een idee is om afscheid te nemen van wettelijk vastgestelde basisbedragen en in de wet uitsluitend boetemaxima op te nemen.

Read More
Print Friendly and PDF ^

Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State over nemo tenetur

Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State 26 juli 2023, ECLI:NL:RVS:2023:2862

Het nemo tenetur-beginsel is niet al van toepassing als de betrokkene niet kan uitsluiten dat een boete of vervolging zal volgen. Dat is volgens de hoogste bestuursrechter een te ruime uitleg van art. 6 van het Europees Verdrag van de Rechten van de Mens. Die uitleg zou er namelijk toe leiden dat het onderzoek door een toezichthouder ernstig wordt bemoeilijkt, óók als dit slechts tot toezicht strekt en wellicht helemaal niet in een bestuurlijke boete zal uitmonden.

Read More
Print Friendly and PDF ^