HR herhaalt post-Keskin-jurisprudentie m.b.t. beoordeling verzoeken tot oproepen en horen van getuigen

Hoge Raad 25 mei 2021, ECLI:NL:HR:2021:765

De HR herhaalt relevante overwegingen uit ECLI:NL:HR:2021:576 (post-Keskin) met betrekking tot de beoordeling van verzoeken tot het oproepen en horen van getuigen door de feitenrechter, in de situatie dat het verzoek betrekking heeft op een getuige ten aanzien van wie de verdediging het ondervragingsrecht nog niet heeft kunnen uitoefenen, terwijl de getuige al - in het vooronderzoek of anderszins - een verklaring heeft afgelegd met een belastende strekking.

Read More
Print Friendly and PDF ^

Turen op Keskin: Over de meerwaarde van het recht op een eerlijk proces in de Grondwet

Het EHRM maakte onlangs met zijn uitspraak in de zaak Keskin/Nederland opnieuw duidelijk dat Nederlandse strafrechters te scherp aan de wind zeilen bij het beoordelen van getuigenverzoeken. De Nederlandse strafrechtspraktijk is in rep en roer, maar hoe komt het dat men deze Straatsburgse reactie niet heeft zien aankomen? Voortekenen waren er genoeg. Deze bijdrage plaatst de problematiek van het arrest Keskin c.s. in een breder kader. Keskin dwingt ons om de principiƫle vraag te beantwoorden wat, naar Nederlands recht, de kernrechten van een eerlijk proces zijn, daaronder begrepen de omvang van het recht om getuigen te horen. Het nieuwe artikel 17, lid 1, van de Grondwet (eerlijk proces) heeft de ambitie daarin een belangrijke rol te gaan spelen.

Read More
Print Friendly and PDF ^

Conclusie AG: Behoeft het Nederlandse beoordelingskader in het licht van art. 6 EVRM op onderdelen heroverweging na Keskin?

Parket bij de Hoge Raad 9 maart 2021, ECLI:NL:PHR:2021:234

Read More
Print Friendly and PDF ^

OM niet-ontvankelijk wegens tijdsverloop en geen gehoor geven op getuigenverzoek

Rechtbank Amsterdam 15 januari 2021, ECLI:NL:RBAMS:2021:384

De rechtbank is van oordeel dat de belangen van de verdediging in het vooronderzoek op een aantal wezenlijke punten zijn geschaad. Allereerst ziet het ten laste gelegde op een periode van ruim tien jaren geleden, en is de zaak na 2013 pas weer voor het eerst in 2020 op zitting aangebracht. Er zijn in dit geval echter aanvullende omstandigheden die tot niet-ontvankelijkheid van het Openbaar Ministerie moet leiden. De rechtbank wijst daarvoor op een brief van de raadsman uit 2014 aan de officier van justitie waarin een (herhaald) verzoek is gedaan om getuigen te horen.

Read More
Print Friendly and PDF ^

Conclusie AG over gevolgen uitspraak EHRM Keskin in zaak waarin verzoek getuigen Ć  charge te horen was verworpen vanwege tekortschieten motivering

Parket bij de Hoge Raad 2 februari 2021, ECLI:NL:PHR:2021:91

AG Paridaens merkt in deze zaak, voor het bespreken van de ingediende middelen, op dat mede in het licht van de uitspraak van het EHRM van 19 januari 2021 in de zaak Keskin tegen Nederland de veroordeling van de verdachte wegens de feiten 2, 3 en 4 niet in stand kan blijven. Dit heeft gevolgen voor de middelen die worden besproken en de volgorde.

Read More
Print Friendly and PDF ^