HvJ-EU over begrip fraude

HvJ-EU 14 oktober 2021, C-360/20 (Ministerul Lucrărilor Publice, Dezvoltării şi Administraţiei – Roemenië)

Het begrip „fraude waardoor de financiële belangen van de [Europese Unie] worden geschaad” ziet mede op het gebruik van valse of onjuiste verklaringen die na de uitvoering van het gefinancierde project worden verstrekt om de illusie te wekken dat de gedurende de bestendigingsperiode geldende verplichtingen zijn nagekomen.

Read More
Print Friendly and PDF ^

HvJ-EU verduidelijkt verwijzingsplicht laatste instanties

HvJ-EU 6 oktober 2021, C-561/19 (Consorzio Italian Management en Catania MultiserviziSpA/Rete Ferroviaria Italiana SpA)

Het Hof van Justitie heeft een arrest gewezen, waarin de jurisprudentie in Cilifit wordt verduidelijkt onder welke voorwaarden nationale rechters in laatste aanleg mogen afzien van een prejudiciële verwijzing. De zaak had betrekking op een situatie waarin al een verzoek om een ​​prejudiciële beslissing was ingediend, maar partijen de verwijzende rechter in een vergevorderd stadium van de procedure verzochten om andere prejudiciële vragen.

Read More
Print Friendly and PDF ^

HvJ-EU: overgeleverde persoon heeft het recht om gehoord te worden bij verzoek om toestemming tot verdere overlevering of tot vervolging voor andere strafbare feiten

HvJ-EU 26 oktober 2021, C-428/21 PPU en C-429/21 PPU, HM en TZ tegen Openbaar Ministerie

Een persoon die ter uitvoering van een Europees aanhoudingsbevel is overgeleverd aan een andere lidstaat, heeft het recht om gehoord te worden wanneer de rechterlijke autoriteit van die andere lidstaat een verzoek om toestemming tot verdere overlevering of tot vervolging voor andere strafbare feiten doet. Die persoon mag gehoord worden in de lidstaat die het Europees aanhoudingsbevel heeft uitgevaardigd. Dat is het antwoord van het EU-Hof op vragen van de rechtbank Amsterdam.

Read More
Print Friendly and PDF ^

HvJ-EU: een derde heeft bij inbeslagname van zijn goederen het recht om deel te nemen aan de inbeslagnameprocedure

HvJ-EU 21 oktober 2021, C-845/19 en C-863/19, DR en TS.

Het EU-recht verzet zich tegen een nationale regeling op grond waarvan goederen die beweerdelijk toebehoren aan een andere persoon dan de pleger van het strafbare feit, in beslag worden genomen zonder dat deze persoon het recht heeft om als partij aan de procedure tot inbeslagname deel te kunnen nemen. Dat is het antwoord van het EU-Hof op vragen een Bulgaarse rechter.

Read More
Print Friendly and PDF ^

HvJ-EU: Verbod op contante betalingen bij bestrijding fraude niet in strijd met EU-recht

HvJ-EU 6 oktober 2021, C-544/19 (ECOTEX BULGARIA)

Artikel 63 VWEU, gelezen in samenhang met artikel 49, lid 3, van het Handvest, verzet zich niet tegen een regeling van een lidstaat die, met het oog op de bestrijding van belastingfraude en - ontwijking, natuurlijke en rechtspersonen verbiedt om op het nationale grondgebied een betaling in contanten te verrichten wanneer het bedrag ervan gelijk is aan of hoger is dan een vastgestelde drempel, en hen verplicht een dergelijk bedrag over te schrijven of te storten op een betaalrekening.

Read More
Print Friendly and PDF ^