Art. 12 Sv beklag tegen niet vervolgen schending wettelijke geheimhoudingsplicht leden publiekrechtelijke vertrouwenscommissies

Gerechtshof ’s-Hertogenbosch 15 juni 2021, ECLI:NL:GHSHE:2021:2804

Het klaagschrift is namens de commissaris van de Koning van de provincie ingediend en is gericht tegen de beslissing van het openbaar ministerie om beklaagde(n) niet te vervolgen wegens schending van de geheimhoudingsplicht als bedoeld in artikel 272 van het Wetboek van Strafrecht, betreffende de beraadslagingen van de door de gemeenteraad samengestelde vertrouwenscommissie inzake de kandidaten voor het ambt van burgemeester van de gemeente in de provincie.

Read More
Print Friendly and PDF ^

Afwijzing art. 12 Sv beklag: Gedragingen hebben plaatsgevonden in complex internationaal zakelijk conflict & vordering benadeelde partij geen aanleiding beklag toe te wijzen

Gerechtshof Amsterdam 10 februari 2021, ECLI:NL:GHAMS:2021:320

De aan beklaagde I verweten gedragingen hebben zich voorgedaan in een complex, internationaal zakelijk conflict. Om tot een bewijsbare zaak te komen dient omvangrijk en tijdrovend opsporingsonderzoek plaats te vinden, naar verwachting deels in het buitenland. Dit legt een zeer aanzienlijk beslag op de schaarse opsporingscapaciteit. Het hof ziet ook in de wens van klaagster haar vordering als benadeelde partij bij de strafrechter in te kunnen brengen onvoldoende aanleiding het beklag toe te wijzen.

Read More
Print Friendly and PDF ^

Verdachte klaagt over eigen niet-vervolging (sepot): rechtstreeks belang, beklag gegrond & bevel tot instellen vervolging

Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden 26 juli 2021, ECLI:NL:GHARL:2021:7095

In beginsel heeft een verdachte niet als rechtstreeks belanghebbende kunnen worden aangemerkt, nu van hem niet kan worden gezegd dat hij een objectief bepaalbaar belang heeft bij een tegen hem ingestelde strafvordering. De jurisprudentie laat evenwel zien dat op dit uitgangspunt in een beperkt aantal gevallen een uitzondering mogelijk is. Naar het oordeel van het hof is in deze zaak sprake van zo’n uitzondering. In casu gaat het om een jongvolwassene die door het gekozen beleidssepot zijn werk niet meer kan uitoefenen. Bij die stand zaken is het hof van oordeel dat sprake van een uitzonderingssituatie en kan klager worden aangemerkt als rechtstreeks belanghebbende. Klager is derhalve ontvankelijk in zijn beklag.

Read More
Print Friendly and PDF ^

Art. 12 Sv-klacht tegen vervolging voor minder zwaardere strafbaarstelling mogelijk, maar niet meer wanneer OTTZ al is aangevangen

Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden 2 juni 2021, ECLI:NL:GHARL:2021:5424

De volle beleidstoetsing van de vervolgingsbeslissing brengt mee dat een belanghebbende in beginsel beklag kan doen tegen de beslissing van de officier van justitie om tot vervolging voor een bepaald delict over te gaan, wanneer de belanghebbende van mening is dat de beklaagde (tevens) voor een andere wettelijke strafbaarstelling behoort te worden vervolgd. Ten aanzien van de ontvankelijkheid van de klacht is in dat verband van belang in welk stadium de reeds aangevangen vervolging c.q. de strafrechtelijke procedure zich bevindt op het moment waarop het klaagschrift wordt ingediend.

Read More
Print Friendly and PDF ^

Afwijzing ex art. 12 Sv gericht tegen burgemeester Gilze en Rijzen ter zake van smaad en laster gepleegd in tv-programma Buitenhof

Gerechtshof ’s-Hertogenbosch 16 maart 2021, ECLI:NL:GHSHE:2021:786

De klacht is gericht tegen de beslissing van de senior officier van justitie van 4 juni 2019 om beklaagde niet te vervolgen ter zake van laster en/of smaad gepleegd in TV programma ‘Buitenhof’ uitgezonden op 9 september 2018. Klager is het niet eens met de argumentatie van het sepot. De door beklaagde op landelijke tv gedane uitspraken leveren een ‘bepaald feit’ in de zin van artikel 261 Sr (smaad) op.

Read More
Print Friendly and PDF ^