Faillissementsfraude: is in civilibus lager vastgesteld benadelingsbedrag grond voor herziening in strafzaak?
/Hoge Raad 24 september 2024, ECLI:NL:HR:2024:1285
De verdachte in deze zaak is veroordeeld wegens – heel kort gezegd – faillissementsfraude. Aangevoerd wordt dat uit het arrest van de civiele kamer van het hof volgt dat het benadelingsbedrag aanzienlijk lager is dan waar in strafrechtelijke procedure vanuit is gegaan en dat strafkamer van het hof, zou het bekend zijn geweest met dit bedrag, lagere straf of geen straf aan aanvrager zou hebben opgelegd. Daarmee wordt volgens de Hoge Raad miskend dat onder “minder zware strafbepaling” als bedoeld in art. 457.1.c Sv moet worden verstaan strafbepaling met minder zware strafbedreiging. Oplegging door rechter van andere (minder zware) sanctie of achterwege laten van oplegging van sanctie valt daar niet onder.
Read More