Toewijzing verzoek vergoeding advocaatkosten in omkopingszaak: overwegingen over kantoorkosten, met meerdere raadslieden werken aan zaak en vergoeding BTW-verlies

Rechtbank Noord-Holland 23 februari 2024, ECLI:NL:RBNHO:2024:2104

De rechtbank komt tot een vergoeding van €290.000 aan advocaatkosten van de verzochte €304.308,51. Er is niet tegen onaanzienlijke uurtarieven gewerkt, een gemiddeld bedrag van €334. Daar staat tegenover dat niet kan worden gezegd dat er buitensporige tarieven of werkzaamheden zijn verricht. De rechtbank kan zich vinden in het behandelen van de zaak door twee raadslieden, mede aangezien ook het OM met vier OvJ’s aan de zaak heeft gewerkt – naast de diverse FIOD-medewerkers. De in rekening gebrachte kantoorkosten van 6% worden vergoed nu hier landelijk nog niet één lijn in wordt getrokken.

Read More
Print Friendly and PDF ^

Vrijspraak verduistering: verdachte is niet direct verrijkt, heeft geen enkele moeite gedaan om de betalingen te verhullen en er is intensief contact geweest met de belastingdienst

Rechtbank Rotterdam 29 februari 2024, ECLI:NL:RBROT:2024:1881

Verdachte, bestuurder van stichting01, heeft betalingen gedaan die betrekking hebben op de door hem geëxploiteerde sportscholen bedrijf01 en bedrijf04 door onder andere het verstrekken van leningen, het betalen van huur en de aanschaf van fitnessapparaten. Voor alle leningen heeft te gelden dat het geld is verstrekt onder de noemer ‘lening’ zonder dat er een terugbetalingsverplichting was en zonder dat daarvoor zekerheden werden gesteld. De Verdachte heeft deze betalingen niet betwist maar heeft in zijn verklaringen steeds naar voren gebracht dat stichting01 en de aan hem gelieerde rechtspersonen (bedrijf01) in zijn beleving één geheel vormden. Alle betalingen hielden verband met de dagbesteding en zorg voor de cliënten van stichting01, ook de lening aan zijn broer, die levensmiddelen leverde. Er waren over en weer rekeningen-courant waarop onderlinge schuldverhoudingen werden bijgehouden.

Read More
Print Friendly and PDF ^

Procesafspraken in fiscale strafzaak: geen oplegging van een straf of maatregel

Rechtbank Rotterdam 13 februari 2024, ECLI:NL:RBROT:2024:1877

Een rechtspersoon wordt veroordeeld voor het opzettelijk doen van een onjuiste aangifte, meermalen gepleegd. De Verdachte heeft contante omzet buiten haar administratie gehouden, waardoor er een te laag bedrijfsresultaat aan de Belastingdienst is opgegeven. Dit had tot gevolg dat door de Verdachte over de jaren 2009, 2010 en 2011 een te laag bedrag aan vennootschapsbelasting is betaald.

Read More
Print Friendly and PDF ^

Calamiteitenrapport zorginstelling valt onder reikwijdte van (afgeleid) verschoningsrecht, maar sprake van uitzonderlijke omstandigheden waardoor doorbreking dient plaats te vinden

Rechtbank Amsterdam 27 februari 2024, ECLI:NL:RBAMS:2024:1195

De rechtbank begrijpt ook dat vrijgave van dergelijke rapporten op grote bezwaren van klager stuit en deelt de mening van klager dat van groot belang is dat niet alleen patiënten vrijuit kunnen spreken bij zorgverleners, maar dat zorgverleners ook vrijuit kunnen spreken bij een onderzoek als het onderhavige calamiteitenonderzoek. Het onderzoek waarvan de uitkomsten in het rapport zijn neergelegd, kan ten aanzien van mogelijke strafbare feiten niet worden aangemerkt als een objectief en zo volledig mogelijk onderzoek als het met de opsporing en vervolging van strafbare feiten belaste organen kunnen verrichten en waarvan het primaat ook bij het Openbaar Ministerie ligt.

Read More
Print Friendly and PDF ^

Succes in de aanpak van zorgfraude via de route ‘witwassen zonder gronddelict’

Rechtbank Oost-Brabant 5 maart 2024, ECLI:NL:RBOBR:2024:802

De Rechtbank Oost-Brabant heeft uitspraak gedaan in een strafrechtelijk onderzoek naar zorgfraude. In deze zaak is voor het tenlastegelegde witwassen uitgegaan van witwassen met een onbekend gronddelict. Het standpunt van de verdediging was dat eigenlijk sprake was van een niet afgerond onderzoek naar een bekend gronddelict, namelijk fraude met zorggeld afkomstig van zorgverzekeraars. De rechtbank is het hier niet mee eens: er is geen rechtsregel die bepaalt dat bij een concreet bekend gronddelict geen witwassen met een onbekend gronddelict ten laste mag worden gelegd. Uit het strafdossier volgt een gerechtvaardigd vermoeden dat de verdachten zorggeld hebben ontvangen dat geen legale herkomst had, omdat het was verkregen door oplichting van zorgverzekeraars. Hierdoor was sprake van een vermoeden van witwassen, zonder dat het Openbaar Ministerie is gehouden nader onderzoek te doen naar het vermoedelijke gronddelict. Het is aan de verdachten om een verklaring te geven voor de herkomst van het geld. Hen is gevraagd naar het geconstateerde capaciteitstekort van bijna 34.000 uur. Eén verdachte heeft een beroep gedaan op haar zwijgrecht. De ander heeft een rammelende verklaring gegeven die wordt weerlegd door de bewijsmiddelen.

Read More
Print Friendly and PDF ^