De beweging naar voren: back to normal

Een van de onderdelen van het nieuwe Wetboek van Strafvordering die tot dusver veel aandacht heeft gekregen, is de beweging naar voren. Deze bestaat uit een aantal aanpassingen in het strafprocesrecht om de berechting beter voor te bereiden. Het is een van de weinige onderdelen van het nieuwe Wetboek van Strafvordering die echt een verandering beoogt aan te brengen in de manier van werken in de strafrechtspleging. In de beweging naar voren komen ook verschillende beleidsdoelstellingen samen: het verbeteren van de voorbereiding van de berechting, het vergroten van mogelijkheden voor de verdediging om bij te dragen aan het onderzoek, en het verkorten van doorlooptijden.

Read More
Print Friendly and PDF ^

Geen schending van ne bis in idem ondanks eerder bewijssepot vanwege gerezen nieuwe bezwaren

Rechtbank Oost-Brabant 31 mei 2024, ECLI:NL:RBOBR:2024:2311

De rechtbank kan op basis van de brief van het Finse Openbaar Ministerie in het onderhavige geval niet vaststellen dat sprake is geweest van een zogenaamd bewijssepot. Echter uit de aard en inhoud van de brief lijkt het daar wel op. Ervan uitgaande dat sprake is geweest van een bewijssepot dan kan ingevolge artikel 255 van het Wetboek van Strafvordering alsnog een vervolging voor hetzelfde feit plaatsvinden als er nieuwe bezwaren bekend zijn geworden. In het onderhavige geval is hiervan sprake. Er heeft immers onder leiding van het Nederlandse Openbaar Ministerie een nader onderzoek plaatsgevonden waaruit feiten en omstandigheden naar voren zijn gekomen die nog niet eerder zijn onderzocht.

Read More
Print Friendly and PDF ^

Faillissementsfraude in vastgoedmarkt: Kon hof uit mede ondertekenen borgstellingsovereenkomst afleiden dat verdachte heeft gehandeld ter bedrieglijke verkorting van rechten van schuldeisers?

Hoge Raad 4 juni 2024, ECLI:NL:HR:2024:805

De stellers van het middel betogen dat het onbegrijpelijk is dat het hof uit het feit dat de verdachte een borgstellingsovereenkomst ten behoeve van de ABN Amro mede heeft ondertekend, heeft afgeleid dat zij zich bewust is geweest van de aanmerkelijke kans op een faillissement van A en van betrokkene 1. in privé, en dat zij die kans ook bewust heeft aanvaard. Het hof heeft eerder in de bewijsvoering vastgesteld dat ABN Amro op 1 oktober 2010 de kredietfaciliteit van de A -groep had opgezegd, wat er feitelijk op neerkwam dat A binnen een jaar het krediet van ruim €190 miljoen aan ABN Amro moest aflossen en dat betrokkene 1. bovendien privé borg moest staan voor een deel van deze schuld, te weten €30 miljoen. Hieruit volgt dat de borgstellingsovereenkomst wel moest worden aangegaan, omdat ABN Amro de kredietfaciliteit had beëindigd. In het licht van deze vaststellingen is het oordeel van het hof dat de verdachte uit de borgstellingsovereenkomst kon opmaken dat D financieel in zwaar weer verkeerde, niet onbegrijpelijk. Ook het kennelijke oordeel van het hof dat de verdachte uit de borgstellingsovereenkomst kon afleiden dat er een aanmerkelijke kans was op een faillissement van betrokkene 1 in privé, acht ik gelet hierop niet onbegrijpelijk.

Read More
Print Friendly and PDF ^

Wisselen van raadsman: waar ligt de grens?

Hoge Raad 4 juni 2024, ECLI:NL:HR:2024:804

In eindarrest heeft hof, n.a.v. aanhoudingsverzoek van nieuwe raadsman, overzicht gegeven van verloop van procedure in h.b. en door (opvolgende) raadslieden telkens gedane verzoeken. Aan hiervoor genoemde gronden voor afwijzing heeft hof toegevoegd dat het “vooral de momenten waarop van raadsman wordt gewisseld” (te weten telkens net voor in overleg met verdediging lang tevoren geplande zittingen) zijn geweest die procedure hebben vertraagd. Hieruit, en uit hierop volgende (door wrakingskamer als misbruik van wrakingsprocedure aangemerkte) wrakingsverzoeken heeft hof afgeleid dat verdachte heeft geprobeerd ook inhoudelijke behandeling van zaak te frustreren. Verder heeft hof vastgesteld dat (toenmalige) raadsvrouw van verdachte bijlagen voor haar pleidooi al aan hof had toegestuurd en verdediging dus kennelijk al geheel was voorbereid. Geheel tijdverloop in aanmerking nemend heeft hof daaraan toegevoegd dat verdachte ruim voldoende tijd en gelegenheid had gehad om zich samen met zijn raadslieden op zijn verdediging voor te bereiden, en geoordeeld dat zijn recht op eerlijk proces door afwijzing van aanhoudingsverzoek niet is geschonden.

Read More
Print Friendly and PDF ^

Cursus Penitentiair recht

Deze cursus biedt een theoretisch en praktisch overzicht van het penitentiair recht. Centraal staat de procedurele en materiële rechtspositie van de gedetineerde. De voor de praktijk belangrijkste onderwerpen worden besproken. Er wordt onder andere ingegaan op de interne rechtspositie van gedetineerden, het systeem van promoveren en degraderen, de levenslange gevangenisstraf en de voorgestelde aanscherping van het EBI en AIT-regime.

Read More
Print Friendly and PDF ^