(Mede)verdachtenverklaringen als bewijs in de Salduz/Beuze-beoordeling van art. 6 EVRM

Het arrest Tonkov t. Belgie gaat op dit elan verder en plaatst zich in het rijtje van andere recente arresten, waarin de Belgische pre-Salduz regeling strijdig met art. 6 EVRM wordt bevonden. In casu werd klager eerst als source (bron) verhoord, terwijl er al redenen waren om hem te verdenken. Pas bij zijn derde verhoor werd hij formeel als verdachte benoemd. Vervolgens werd hij evenwel meer dan tien keer zonder bijstand van een advocaat verhoord en onderworpen aan een polygraaftest, opnieuw zonder bijstand. Het enkele feit dat hij bij zijn voorlaatste verhoor telefonisch kon overleggen en dat hij bij zijn samenvattende ondervraging voor de onderzoeksrechter bijstand van een advocaat had (toen al wettelijk toegelaten), volstaat voor het EHRM niet om die eerder ongerechtvaardigde beperkingen op het bijstandsrecht te compenseren. Of het recht op een eerlijk proces dan in zijn geheel bekeken daardoor geschonden is, gaat het Hof vervolgens uitgebreid na, rekening houdend met de criteria die het voor het eerst in het arrest-Ibrahim naar voren schoof.

Read More
, , , ,
Print Friendly and PDF ^

Doorzoeking van data waar verschoningsrechtmateriaal in zit: EHRM vergt duidelijke en praktische werkwijze (regeling) die in het recht verankerd is

De zaak Särgava draait om een Estse advocaat die als verdachte werd aangemerkt in een onderzoek naar een criminele organisatie die zich bezig zou (hebben) (ge)houden met witwassen. De klacht van Särgava kwam erop neer dat hij van opvatting was dat, gelet op het functionele verschoningsrecht van een advocaat (legal professional privilege) en de onschendbaarheid van datadragers die betrekking hebben op dienstverlening door advocaten, het beslag op zijn telefoon en laptop en het vervolgens (deels) uitlezen ervan strijdig was met de vereisten van artikel 8 EVRM.

Read More
Print Friendly and PDF ^

Discussieforum hoeft gebruikersgegevens niet openbaar te maken

EHRM 7 december 2021, Standard Verlagsgesellschaft mbH t. Oostenrijk

Klager in deze zaak is de uitgever van de krant ‘Der Standard’. Deze krant heeft ook een online discussieforum, derStandard.at. Op dit forum kunnen gebruikers opmerkingen plaatsen bij de artikelen die worden geplaatst. In 2012 wordt er op het forum, door klager, een artikel gepubliceerd over leider K.S. van partij Die Freiheitlichen in Kärnten (FPK). Onder dit artikel werden nare opmerkingen geplaatst, waaronder referenties naar het nazisme. De politicus heeft hierop aan Der Standard verzocht om het artikel te verwijderen en gevraagd de gegevens door te geven van degene die de opmerkingen hadden geplaatst. Voordat gebruikers namelijk berichten kunnen uitwisselen op het forum, dienen zij zich te registeren. Ze moeten in ieder geval hun naam en mailadres opgeven, een postadres is optioneel. De gegevens van de auteurs waren dus bekend bij de klager.

Read More
Print Friendly and PDF ^

Schending onschuldpresumptie: Veroordeling door dezelfde rechters die plea-bargain overeenkomsten van medeverdachten goedkeurden

EHRM 25 november 2021, ECLI:CE:ECHR:2021:1125JUD006370319 (Mucha t. Slowakije).

Klager is in 2012 samen met acht anderen vervolgd voor het deelnemen aan een criminele organisatie en verschillende andere strafbare feiten. De acht medeverdachten waren bereid tot het sluiten van een plea-bargain overeenkomst. De overeenkomsten werden goedgekeurd en de acht medeverdachten werden veroordeeld door dezelfde drie rechters. In zowel de overeenkomsten als de uitspraken werd de naam van klager genoemd en staan meerdere verwijzingen naar zijn rol binnen de criminele organisatie en zijn betrokkenheid bij de gepleegde strafbare feiten.

Read More
Print Friendly and PDF ^

Zorgplicht autoriteiten bij inbeslagname goederen

EHRM 21 december 2021, app. no. 58795/15 (Stolkowski t. Polen)

In 2005 werd de auto van klager in beslag genomen met het oog op het verzekeren van de betaling van een eventuele boete of schadevergoeding die zou voortkomen uit een strafzaak tegen hem. Het ging om een Peugeot uit 1998. In 2011 werd klager veroordeeld tot een gevangenisstraf van vijf jaar en tot het betalen van een schadevergoeding van 1500 euro aan het slachtoffer. Sinds 2005 heeft de auto dus al die tijd buiten gestaan op de parkeerplaats van de politie. Als gevolg van de inbeslagname is de auto in waarde gedaald.

Read More
Print Friendly and PDF ^