Verduistering: Is sprake van handelen “uit hoofde van zijn persoonlijke dienstbetrekking” bij vrijwilligerswerk?

Hoge Raad 3 oktober 2023, ECLI:NL:HR:2023:1353

Van een persoonlijke dienstbetrekking als bedoeld in artikel 322 Sr is sprake als iemand werkzaam is in ondergeschiktheid. Of daarvan sprake is hangt af van de omstandigheden van het geval. Voor zover het cassatiemiddel berust op de opvatting dat geen sprake is van een persoonlijke dienstbetrekking als bedoeld in artikel 322 Sr als werkzaamheden worden verricht in de hoedanigheid van vrijwilliger, faalt het omdat die opvatting in haar algemeenheid geen steun vindt in het recht.

Read More
Print Friendly and PDF ^

HR herhaalt overwegingen m.b.t. gevallen waarin bewijsuitsluiting aan de orde kan zijn en rechtsgevolg van schending van het recht op eerbiediging van persoonlijke levenssfeer (art. 8 EVRM)

Hoge Raad 19 september 2023, ECLI:NL:HR:2023:1264

Het hof heeft in de kern geoordeeld dat als gevolg van de onrechtmatige doorzoeking van het voertuig het recht van de verdachte op een eerlijk proces als bedoeld in artikel 6 EVRM is geschonden en dat gelet op het daardoor geleden nadeel, dat bestaat in een aanzienlijke inbreuk op het vertrouwen dat een burger niet zonder voldoende aanleiding wordt aangemerkt als verdachte, aan het vormverzuim het rechtsgevolg van bewijsuitsluiting moet worden verbonden. Ook als ervan wordt uitgegaan dat sprake is van een vormverzuim als bedoeld in artikel 359a Sv, is het oordeel van het hof dat bewijsuitsluiting het rechtsgevolg moet zijn van dat verzuim niet toereikend gemotiveerd. In het bijzonder is het oordeel dat sprake is van een schending van het recht van de verdachte op een eerlijk proces als bedoeld in artikel 6 EVRM zodat gelet op artikel 359a Sv er “voldoende reden” is voor bewijsuitsluiting, niet zonder meer begrijpelijk.

Read More
Print Friendly and PDF ^

Advies AG aan Hoge Raad: veroordeling voor witwassen en handel in drugs en vuurwapens op grond van EncroChat-data kan in stand blijven

Parket bij de Hoge Raad 26 september 2023, ECLI:NL:PHR:2023:826

De veroordeling van een verdachte wegens de (voorbereiding van) handel in drugs, het medeplegen van handel in vuurwapens en witwassen kan in stand blijven. Dat adviseert advocaat-generaal (AG) Hofstee de Hoge Raad in zijn conclusie van vandaag. Het gerechtshof gebruikte voor het bewijs onder meer berichten van zogenoemde PGP-telefoons van dienstverlener EncroChat die Nederland ontving in het kader van een gemeenschappelijk onderzoeksteam met Frankrijk.

Read More
Print Friendly and PDF ^

HR: Ook namen geheimhouders vallen onder verschoningsrecht, tenzij bijzondere omstandigheden. Geen beklag in dat geval, dan wordt aangenomen dat geen beroep op het verschoningsrecht wordt gedaan.

Hoge Raad 19 september 2023, ECLI:NL:HR:2023:1268

De Hoge Raad heeft een uitspraak gewezen waarin in de algemene beschouwing in wordt gegaan aan vraag welke procedure moet worden gevolgd in bijzonder geval dat (i) beslagene t.b.v. selectie van stukken of gegevens die volgens hem onder verschoningsrecht van geheimhouders vallen, lijst met geheimhouders heeft verstrekt aan RC, (ii) zaaksofficier van justitie gemotiveerd verzoekt om kennisneming van (vermelding van één of meer namen op) lijst en (iii) beslagene tijdig, binnen eventueel door RC gestelde termijn, zich er gemotiveerd tegen verzet dat OvJ afschrift ontvangt van deze als zodanig niet in beslag genomen lijst dan wel anderszins kennisneemt van namen/gegevens van op deze lijst vermelde geheimhouders, op grond dat daardoor stukken en/of gegevens die onder verschoningsrecht vallen, bekend worden aan één of meer met opsporing en/of vervolging belaste functionarissen en op andere wijze (kunnen) worden gebruikt dan t.b.v. hiervoor genoemde selectie.

Read More
Print Friendly and PDF ^

OM-cassatie tegen vrijspraak in EVOA-zaak strandt

Hoge Raad 12 september 2023, ECLI:NL:HR:2023:1169

Dit betreft een OM-cassatie in een zaak over afvalstoffen (EVOA). Meer concreet de uitvoer van afvalstoffen (aluminiumschroot) naar China. De vraag die centraal staat is of er door ontbreken van CCIC-certificaat bij overbrenging van fijngeshredderde aluminiumfracties van Nederland naar China sprake van “illegale overbrenging” a.b.i. art. 2.35.e EVOA? Het middel – tegen de vrijsraap van verdachte – berust op de opvatting dat sprake is van een illegale overbrenging, omdat de tenlastegelegde overbrenging van de afvalstoffen strijd oplevert met communautaire regelgeving, nu deze overbrenging naar China niet vergezeld ging van een CCIC-certificaat wat in strijd zou zijn met de (bijlage bij de) Landenverordening, die rechtstreeks is gebaseerd de EVOA. Het middel miskent daarmee dat de bijlage bij de Landenverordening ten tijde van het ten laste gelegde feit niet meer inhield dan dat China t.a.v. aluminiumschroot koos voor de optie dat “in het land van bestemming volgens het toepasselijke nationale recht andere controleprocedures worden gevolgd”. Voor een verbod of kennisgevingsprocedure a.b.i. art. 37.1.a of 37.1.b EVOA heeft China niet gekozen. Het ontbreken van een CCIC-certificaat is mogelijk strijdig met het nationale recht van China, maar levert het ontbreken van dat certificaat geen strijd op met communautaire regelgeving.

Read More
Print Friendly and PDF ^