OM niet-ontvankelijk wegens in strijd met het Handhavingsdocument voor de Wet gewasbeschermingsmiddelen en biociden en de Sanctiestrategie overgaan tot strafrechtelijke vervolging van verdachte

Rechtbank Gelderland 29 juni 2023, ECLI:NL:RBGEL:2023:4306

De Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit heeft in 2012 een tactische analyse uitgevoerd naar de handel in (nagemaakte) gewasbeschermingsmiddelen. Hierbij kwam Bedrijf 1 naar voren als grootschalig importeur van uit China afkomstige gewasbeschermingsmiddelen. Het OM is in strijd met het Handhavingsdocument en de Sanctiestrategie overgegaan tot strafrechtelijke vervolging van Verdachte, wat schending van de beginselen van een goede procesorde meebrengt. Verdachte had erop mogen vertrouwen dat strafrechtelijke vervolging achterwege zou blijven.

Read More
Print Friendly and PDF ^

Vrijspraak valsheid in geschrift: geen bewijs dat met globale omschrijving gefactureerde werkzaamheden niet zijn verricht

Rechtbank Rotterdam 24 juli 2023, ECLI:NL:RBROT:2023:6538

Ten laste is gelegd dat er facturen zijn opgemaakt voor werkzaamheden die niet zijn verricht. Dat betekent dat de rechtbank, om tot een bewezenverklaring te komen, moet kunnen vaststellen dat er daadwerkelijk geen werkzaamheden zijn verricht door voornoemde vennootschappen die onder de noemers consultancy of marketing management diensten kunnen vallen. Dit zijn echter zulke globale omschrijvingen dat niet eenduidig kan worden vastgesteld dat deze omschrijvingen als vals, onwaar, zijn aan te merken. Ook kan niet worden vastgesteld dat de door de Verdachte genoemde werkzaamheden niet zijn verricht. Dat betekent dat niet wettig en overtuigend kan worden bewezen dat de Verdachte de valsheid in geschrift heeft begaan en hij wordt daarvan dan ook vrijgesproken.

Read More
Print Friendly and PDF ^

Vrijspraak meerdere oplichtingen nu niet kan worden bewezenverklaard dat de aangevers door één of meer oplichtingsmiddelen tot afgifte van geld zijn bewogen

Rechtbank Rotterdam 13 juli 2023, ECLI:NL:RBROT:2023:6494

Hoewel de feitelijke gedragingen in de tenlastelegging te bewijzen zijn, kan niet worden vastgesteld dat deze aangevers zich door een van de oplichtingsmiddelen als bedoeld in artikel 326 Sr, te weten een valse naam, een valse hoedanigheid, listige kunstgrepen of een samenweefsel van verdichtsels, hebben laten bewegen tot afgifte van het geldbedrag.

Read More
Print Friendly and PDF ^

Gerechtvaardigd vertrouwen niet te worden vervolgd bij e-mail van parketsecretaris in ander strafrechtelijk onderzoek (waar dezelfde feiten aan ten grondslag liggen)? Vrijspraak witwassen en valsheid.

Rechtbank Overijssel 24 juli 2023, ECLI:NL:RBOVE:2023:2876

De rechtbank overweegt enerzijds dat sprake is van opmerkelijke feiten en omstandigheden met betrekking tot de transacties. De rechtbank denkt daarbij aan het feit dat er geen documentatie in de bedrijfsadministraties is aangetroffen waaruit volgt dat de bedrijven die schroot aan Bedrijf 1 B.V. hebben geleverd, schroot hebben ingekocht of anderszins hebben verkregen, terwijl het om grote hoeveelheden schroot ging. Anderzijds heeft de rechtbank in de vorige paragraaf ook kanttekeningen geplaatst bij de omstandigheden die volgens het OM bij zouden moeten dragen aan het vermoeden van witwassen en de stelling van het OM dat er in het geheel geen sprake was van een goederenstroom richting Bedrijf 1 B.V. De stelling van het OM dat contante bedragen bij Bedrijf 1 B.V. zijn afgeleverd in plaats van afvalgoederen, wordt niet door bewijsmiddelen ondersteund.

Read More
Print Friendly and PDF ^

Rb acht – ondanks perikelen rond verschoningsrecht – betrokkenheid RC bij onderzoekshandelingen naar geheimhoudersgegevens onnodig vanwege betrokkenheid medewerker geheimhouding en OvJ-geheimhouding

Rechtbank Midden-Nederland 10 augustus 2023, ECLI:NL:RBMNE:2023:4324

De officier van justitie heeft een vordering ingediend om de rechter-commissaris te betrekken bij het onderzoek aan inbeslaggenomen voorwerpen op de eventuele aanwezigheid van geheimhoudersgegevens. In eerste instantie is de officier van justitie niet-ontvankelijk verklaard in zijn vordering, maar is het door hem ingestelde hoger beroep door de rechtbank Midden-Nederland gegrond verklaard. De rechtbank Midden-Nederland overweegt onder meer dat de rechter-commissaris op grond van de wet geen verplichting heeft om aan de vordering gehoor te geven en dus onderzoekshandelingen te verrichten. De vraag is namelijk of dat nodig is gezien de stand van zaken van het opsporingsonderzoek. In deze zaak wordt die noodzaak niet gezien. De rechtbank overweegt dat het opsporingsteam / de officier van justitie al een specifieke medewerker geheimhouding op het oog heeft, die geen deel uitmaakt van het opsporingsonderzoek. Deze medewerker geheimhouding kan voor het onderzoek naar / voor de selectie van (mogelijke) geheimhouderstukken worden ingezet. Bovendien staat in de beslissingen opgenomen dat het parket van de officier van justitie over een zogenoemde 'OvJ-geheimhouding' beschikt.

Read More
Print Friendly and PDF ^