HR herhaalt overwegingen m.b.t. betekenis “valselijk opgemaakt” (art. 225 Sr) en opzet verdachte op valselijk opmaken van geschrift
/Hoge Raad 8 juni 2021, ECLI:NL:HR:2021:801
Het verwijt aan de verdachte is dat hij, als (middelijk) bestuurder van het bedrijf waarvoor de aanvraag is gedaan, ten onrechte op het formulier heeft ingevuld dat geen sprake is van een justitieel verleden, terwijl hij eerder veroordeeld is voor een strafbaar feit. De verdachte heeft in dit kader verklaard dat hij dacht dat de vragen gingen over het bedrijf waarvoor de aanvraag werd ingediend en niet over hem als natuurlijk persoon. Het hof heeft desalniettemin de verdachte veroordeeld voor valsheid in geschrift.
Read More